Borrelend Kyushu
Door: roeleneugenie
Blijf op de hoogte en volg Roel en Eugenie
31 Oktober 2011 | Japan, Tokio
De afgelopen dagen bevonden we ons op Kyushu, het meest zuidelijke van de vier grote eilanden die samen Japan vormen (hiervoor zaten we steeds op het hoofdeiland Honshu en daar gaan we morgen ook weer naar terug). Het was geen onverdeeld succes. Dat had niet zozeer met Kyushu, maar vooral met het weer te maken. Onze eerste stop Beppu was een echte miezerdag. Beppu is een kustplaats die het vooral moet hebben van het hete water dat er rijkelijk uit de grond komt vloeien, reden waarom de badderende Japanner er graag een bezoekje komt brengen aan één van de vele onsen en rotemburo (buitenbaden). Nu kwam het water dus ook van de verkeerde kant; uit de lucht. Wij kwamen er vooral voor de acht Jigoku – ‘hellen’ – waar het water in verschillende verschijningsvormen en kleuren (kobaltblauw, bloedrood, moddergrijs) uit de bodem opborrelde en –stoomde.
Op twee Jigoku na was het een wat teleurstellende ervaring. Misschien dat daarom, om toch ergens het entreegeld te rechtvaardigen, bij enkele hellen onder erbarmelijke omstandigheden - maar volgens de bordjes in ‘enjoyable circumstances’ - wat dieren werden gehouden. We hadden ook het idee dat een aantal hellen kunstmatig in stand werd gehouden, maar misschien kwam die scepsis wel door het weer. Of dat ook de verklaring is voor het feit dat we Beppu verder een bijzonder lelijke stad met opvallend veel pachinkohallen (een typisch Japans gokspel met balletjes) vonden, weten we niet. Het zeezicht van ons hotel Sea View (toilet met afstandsbediening!) bood vanaf het treinstation tot aan de zee vooral zicht op beton. Om toch nog wat van het verblijf te maken hebben we een rotemburo aan zee bezocht waar gemengd baden in badkleding mogelijk was (meestal is het gescheiden baden en volledig in je nakie en dat vindt Eugénie niet gezellig). Vooraf hadden we nog wel even gecheckt of er geen verbod op tattoos bestond. In de meeste onsen zijn tattoos en hun dragers namelijk niet toegestaan omdat ze worden geassocieerd met de yakuza, de Japanse maffia.
Omdat de dag erna de miezerregen in een flinke drup met loodgrijze luchten en mist was overgegaan en we van plan waren in het nabijgelegen Yufuin te gaan fietsen (dat had nu weinig zin) besloten we iets later te vertrekken om nog een zandbad te nemen in de oudste onsen van Beppu. Daarbij werden we gekleed in een yakuta (Japanse badjas/ochtendjas) tot aan onze nek levend begraven onder warm lavazand – zweten!!!! Na tien minuten mochten we weer uit de doden opstaan, douchen en daarna het bad in en opnieuw sterven – heeeet!!!! Vervolgens met de boemel naar Yufuin gegaan, waar het maar bleef regenen. Zo konden we wel profiteren van de diepte-investering die we eerder in Kyoto hadden gedaan in een setje paraplu’s. Toen hield het na twee minuten op met regenen, waarna ze ongebruikt bleven. Nu bleken ze een waardevol bezit. En wat doe je op zo’n zeikdag? Je slentert wat door de hoofdstraat, kijkt in wat winkeltjes, laat wat visjes dode schilfers van je voeten en onderbenen knabbelen, eet vroeg, gaat nog maar weer eens uitgebreid in bad – deze keer samen in ons nakie (= wel gezellig)in de prachtige rotemburo (met heet water uit de grond) van onze minshuku (geen houten tobbe deze keer, maar meer een soort vijver met rotsstenen, een pagodetje en veel groen, zoals in onze eigen tuin (ideetje?)) – en je gaat op tijd naar bed.
Dat laatste was nodig ook omdat we de volgende dag al vroeg op pad gingen naar Aso-san, met een omtrek van 128 km de grootse actieve caldera van een vulkaan ter wereld. In de caldera wordt gewoon gewoond en gewerkt, maar er liggen ook enkele jongere vulkanen in waaronder één bijzonder actieve, de 1.506 meter hoge Nake-dake. Toen we ’s morgens opstonden scheen de zon weer, waardoor we in de trein terug de mooie omgeving zagen die een dag eerder nog verscholen ging achter regendruppels, mist, laaghangende wolken en bewasemde treinraampjes. Jammer dat we hier niet hebben kunnen fietsen. Met de Trans Kyushu Limited Express vervolgden we onze weg naar Aso-san. Gezien de naam verwachtten we een lange trein, maar er verscheen uiteindelijk een klein treintje met twee coupés waarin de conductrice doubleerde als het meisje van de catering. De rit voerde door schilderachtig middengebergte en met de zonnestralen klaarde ook ons gemoed verder op: Na eerdere mislukte pogingen zou niets ons meer in de weg staan dat we voor het eerst recht in de brullende muil van een nog actieve vulkaan zouden staren.
Het was dan ook een domper toen we bij aankomst de mededeling zagen dat de toegang tot de kratermond gesloten was vanwege gevaarlijke gassen: de (stevige) wind stond de verkeerde kant op. Toch maar met de bus naar boven gegaan, want wie weet zou het nog veranderen. Door een halte eerder uit te stappen hadden we fotogeniek uitzicht op de verschillende vulkaantoppen, twee meertjes en de weidse omgeving. Nake-dake stond inderdaad stevig te paffen, maar ook nadat de rook minder werd bleef de krater verboden terrein. Als we het laatste stuk naar het kabelbaanstation behorende bij de vulkaan wandelen merken we dat de wind inderdaad verkeerd staat: we ontwikkelen beide een naar kuchje. Omdat de voorspellingen voor morgenochtend zijn dat de wind uit dezelfde richting blijft waaien betekent dit weer geen vulkaan voor ons. Jammer, maar het was wel een mooie omgeving hier. Of zijn we nu opvallend positief gestemd vanwege het prachtige weer?
We slapen hier trouwens in een hostel. Als je met z’n tweeën bent is dat nauwelijks goedkoper dan een hotel, tenzij je op een slaapzaal slaapt (maar dan ben je nog altijd zo’n vijftig euri kwijt). Het comfort was daarentegen aanzienlijk minder: een zeer kleine kamer (6-7 vierkante meter) met stapelbed, je moet zelf je bed opmaken en je eigen handdoek meebrengen en hebt gedeelde faciliteiten. Daar staat tegenover: één van de weinige betaalbare accommodatiemogelijkheden hier, op twee minuten lopen van het treinstation, een goedkope laatste wasbeurt voor de kleren en – zeldzaam in hotels – (gratis) wifi. De weersvoorspellingen voor de komende dagen zijn goed (redelijk zonnig, twintig plus graden), dus we hopen nog een mooi slot aan onze vakantie te kunnen breien met zeker nog twee hoogtepunten, waar we ons middels een paar tempelvrije dagen optimaal voor hebben kunnen opladen. Nu maar hopen dat alle verwachtingen uitkomen.
Sayonara,
Eugénie en Roel
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley